Zuurstof thuis

2022-03-19 07:30:15 By : Mr. Jason Xu

Uw arts heeft u extra zuurstof voorgeschreven. Door zuurstoftherapie in de thuissituatie kunnen er brandgevaarlijke situaties ontstaan. Om de veiligheid voor u en uw huisgenoten te vergroten is deze informatiebrochure samengesteld. Verder leest u hoe u zelf de zuurstof kunt toedienen en op welke manieren dat kan.

Door zuurstofgebruik thuis is er meer zuurstof in de ruimte, waardoor het brandgevaar toeneemt. Zuurstof is zelf niet brandbaar maar zorgt er wel voor dat andere stoffen makkelijker branden. Een voorbeeld hiervan is de vlam in de pan. Als er op deze pan een deksel wordt gelegd, dooft de vlam door zuurstofgebrek. Stoffen die onder normale omstandigheden moeilijk branden, zullen bij een verhoogde zuurstofconcentratie in de atmosfeer al gemakkelijk gaan branden. Organische stoffen zoals kleding, papier en sommige kunststoffen zullen sneller en feller branden.

In deze informatiebrochure komen de volgende onderwerpen aan de orde:

• doel van zuurstofgebruik • toediening van zuurstof • welke typen zuurstofbronnen zijn er • brand voorkomen • vragen en problemen • checklist zuurstoftherapie en veiligheid voor de zorgverlener.

Bij een normale lichamelijke conditie krijgt de mens door adem te halen voldoende zuurstof binnen. Wanneer de longen niet goed functioneren, bijvoorbeeld door een ziekte, kan er behoefte tot meer zuurstofinname zijn.

Zuurstof is een gas dat essentieel is voor ons bestaan. Zonder zuurstof kan ons lichaam niet functioneren. Een mens kan maar een paar minuten zonder zuurstof. Zuurstof is dus onontbeerlijk voor elke basisactiviteit in het lichaam, zoals het verbranden van voedsel en het 'werk' van spieren en hersenen. Bij deze activiteit komen afvalstoffen vrij, zoals koolzuur.

De zuurstof die we inademen, komt via de longen in het bloed en gaat met het bloed naar de plaatsen waar energie nodig is.

De longen zorgen er ook voor dat het overtollige koolzuur (CO2) uit het bloed komt en uiteindelijk wordt uitgeademd. Mensen kunnen maar enkele minuten zonder zuurstof, daarna raken de hersenen onherstelbaar beschadigd.

Bij een longziekte, bijvoorbeeld ernstig COPD, kan het zijn dat er minder zuurstof via de longen naar uw bloed gaat. Het gevolg kan zijn dat er te weinig zuurstof in uw bloed komt.

Als dat zuurstoftekort maanden duurt, kan de bloeddruk in de longen hoger worden (dit is een andere bloeddruk dan aan het meten van de arm). Dit kan ervoor zorgen dat uw bloed nog slechter zuurstof opneemt. Daardoor kunnen problemen met het hart en andere organen ontstaan. Extra zuurstofgebruik kan deze problemen tegengaan of voorkomen.

Het belangrijkste doel van de zuurstofbehandeling is dat uw levensverwachting toeneemt. Bovendien kunt u zich wellicht iets beter inspannen en raakt u minder snel vermoeid, waardoor u weer meer kunt doen. Dit merkt echter niet iedereen. Extra zuurstof kan dus voor een betere kwaliteit van leven zorgen. COPD is niet te genezen met extra zuurstofgebruik.

Of u extra zuurstof nodig heeft, hangt af van de ernst van het zuurstoftekort in uw bloed. Bij een normale lichamelijke conditie zit het zuurstofgehalte in het bloed tussen de 95 en 100 procent. Door longlijden kan dit percentage onder de 95 procent komen. Uw longarts kan de ernst vaststellen met uitgebreid onderzoek, bijvoorbeeld door een arteriepunctie (polsprik) en/ of een perifere zuurstofmeting met behulp van een saturatiemeter. Klachten die mogelijk op een zuurstoftekort wijzen, zijn:

Zuurstoftekort veroorzaakt echter niet altijd kortademigheidsklachten. En kortademigheid wordt niet altijd minder door extra zuurstof.

Een zuurstofbehandeling is belastend voor u en uw omgeving, maar financieel ook heel kostbaar. Mede daarom moet u aan deze voorwaarden voldoen:

Wanneer u extra zuurstof nodig hebt, komt hiervoor zuurstofapparatuur bij u thuis te staan: de zuurstofbron. Deze brengt zuurstof via een slangetje in uw luchtwegen. Daar vermengt de zuurstof zich met de lucht die u inademt.

Er zijn verschillende soorten zuurstofbronnen. Uw longarts geeft een advies voor een zuurstofbron; de zuurstofleverancier is verantwoordelijk voor de keuze van de bron.

Het zuurstoftekort in uw bloed bepaalt hoeveel extra zuurstof u nodig heeft. Op basis daarvan zal uw longarts een recept voorschrijven. Uw longarts geeft ook aan hoe u de zuurstofstroom (de hoeveelheid zuurstof per minuut) moet regelen. Vraag dit zo nodig na.

Het is belangrijk dat u zich aan de voorgeschreven hoeveelheid houdt. Te veel zuurstof gebruiken kan namelijk schadelijk zijn, net als bij veel andere medicijnen. Gebruikt u te weinig, dan heeft de behandeling onvoldoende effect. De meeste mensen met COPD hebben overdag in rust en 's nachts voldoende aan één tot twee liter per minuut en gebruiken tijdens inspanning vaak wat meer (tot wel zes liter per minuut). Per etmaal moet u minstens zestien uur zuurstof gebruiken; pas dan is een onderhoudsdosering zinvol. Hoe meer uren u gebruikt, hoe beter!

Hoe lang de gehele behandeling duurt, hangt van uw conditie af:

De zuurstof wordt via een slangetje in uw luchtwegen gebracht om zich daar te vermengen met de lucht die u inademt. Het inlaten van de zuurstof gebeurt meestal via de neus, maar is ook mogelijk via een halsslangetje.

Meestal gaat de voorkeur uit naar toediening via de neus met een neusbril. Deze 'bril' hangt over de oren en steekt een stukje in beide neusgaten. Er zijn verschillende typen. Als u problemen heeft met een neusbril, vraag dan aan de zuurstofleverancier een ander type. Verwissel de neusbril zeker elke twee weken, om hard worden en schuren te voorkomen. U krijgt de neusbrillen van uw zuurstofleverancier. Als u onvoldoende zuurstof blijkt binnen te krijgen via de neus, is een andere manier van toedienen misschien beter voor u, bijvoorbeeld een zuurstofkapje.

Als een neusbril of neuskatheter klachten of onvoldoende resultaat oplevert, is directe toediening via de luchtpijp wellicht een uitkomst.

Omdat de zuurstof heel dicht bij de longen wordt ingebracht, is zuurstof met een halsslangetje zuiniger in het gebruik dan zuurstof via de neus. U doet ongeveer tweemaal zo lang met een voorraad. Het resultaat van toediening via een halsslangetje is doorgaans goed, maar niet iedereen is hiervoor geschikt. Uw arts kan beoordelen of u hiervoor in aanmerking komt.

Er bestaan drie soorten 'zuurstofbronnen':

De drie typen met hun specifieke eigenschappen en voor- en nadelen worden hieronder besproken.

De zuurstofconcentrator is een elektrisch apparaat dat zuurstof uit de omgevingslucht haalt. Het is een kastje op wieltjes. De concentrator kan maximaal ongeveer zes liter zuurstof per minuut leveren. Omdat een concentrator lucht nodig heeft om zuurstof te kunnen produceren, mag deze niet in een afgesloten ruimte staan. Er moet normale, goede ventilatie in de kamer zijn.

Buitenshuis kunt u gebruik maken van draagbare zuurstofcilinders. Deze 'meeneemflessen' bevatten twee liter zuurstof en wegen minder dan vijf kilogram. U kunt een aantal uren met een cilinder doen, afhankelijk van uw gebruik. U kunt zo'n cilinder verrijden op een stevig boodschappenkarretje of op een rollator.

Er zijn ook grotere cilinders voor binnenshuis. Deze worden echter door mensen met longziekten niet meer gebruikt. Sommige leveranciers leveren een cilinder van tien liter als reserve bij een concentrator, voor als de stroom uitvalt. Deze is wel zwaar, maar staat op een verrijdbare cilinderwagen. U kunt de reservecilinder in een aparte ruimte opslaan. Bij het gebruik van zuurstof in huis, ook met cilinders, is ventilatie altijd noodzakelijk.

Vloeibare zuurstof zit opgeslagen in een moedervat (basistank) van 35 liter. Er hoort een kleine draagtank bij van maximaal twee liter. Deze moet u steeds bijvullen uit de moedertank. De moedertank weegt vol bijna tachtig kilogram, de draagtank ongeveer 3,5 kilogram. De Arbo-wet staat het verplaatsen van de basistank alleen toe door deze te verrijden op het eigen onderstel. Daardoor hangt het ook af van uw woonsituatie af of vloeibare zuurstof een optie voor u is; op de Waddeneilanden en in hoogbouw is levering niet mogelijk.

De draagtank is goed voor een aantal uren zuurstof (zo'n acht uur bijvoorbeeld bij een verbruik van twee liter per minuut). Voor mensen met een hoger verbruik of langere aanwezigheid is dat niet praktisch. Vloeibare zuurstof verdampt. Daarom is het belangrijk dat u kort voor vertrek de draagset vult, anders is de zuurstof al op als u weggaat. U of een huisgenoot moet dit dus zelf kunnen doen. Voor als u langer weggaat, bijvoorbeeld uit logeren, kunt u een moedervat laten bezorgen op uw logeeradres.

U heeft recht op vloeibare zuurstof als u flink mobiel bent (als u minstens driemaal per week enkele uren van huis bent) en ongeveer twintig cilinders per maand gebruikt. De zorgverzekeraars hebben een dagvergoeding met uw leverancier afgesproken. Eenmaal per jaar vindt controle en onderhoud plaats.

Extra zuurstofgebruik heeft enkele mogelijke bijwerkingen:

Het is een misvatting dat zuurstof verslavend werkt en dat u daarom steeds méér nodig zou hebben. Wanneer uw longen niet voldoende zuurstof opnemen, is extra zuurstof gewoon nodig. Niemand kan immers zonder zuurstof.

Als u geleidelijk meer zuurstof nodig heeft, komt dat waarschijnlijk doordat uw conditie achteruitgaat.

Het komt ook voor dat mensen na verloop van tijd het met wat minder zuurstof kunnen doen; zij hebben dan hun ademhalingsspieren enigszins getraind of hun conditie verbeterd.

Als u binnenshuis extra zuurstof gebruikt, is het zaak dat u de veiligheidsvoorschriften opvolgt. Anders bestaat er gevaar voor brand en (ernstige) brandwonden. Door de zuurstofbehandeling zit er in de lucht die u uitademt, namelijk meer zuurstof dan normaal in uitademingslucht. Hierdoor wordt de lucht in huis zuurstofrijk. Zuurstof is zelf niet brandbaar, maar kan wel andere materialen zeer heftig laten branden. Neem daarom uit voorzorg de volgende maatregelen:

Ventileer alle ruimtes in huis 24 uur per dag, zeker de kamer waar u verblijft, en lucht alle ruimten één keer per dag door de ramen tegen elkaar open te zetten.

Voorkom dat er vet, boter, olie of alcohol (drank, crèmes, lotions of iets dergelijks) aan de apparatuur komt. Oliën en vetten kunnen door contact met zuivere zuurstof spontaan ontbranden.

Zorg dat u niet rookt en/of dat andere mensen absoluut niet roken in uw nabijheid of in ruimten waar u lang verblijft, terwijl u extra zuurstof verbruikt. Om dit duidelijk te maken kunt u op verschillende plekken stickers plakken met de tekst 'Verboden te roken'.

U mag niet koken op gas en geen waxinelichtjes of kaarsen branden. Houd minstens 3 meter afstand van een open haard of vuurkorf. Blijf liefst uit de buurt van open vuur.

Informeer de brandweer in uw woonplaats voordat u zuurstofcilinders of vloeibare zuurstof in huis krijgt. U moet dit zelf doen; uw arts of leverancier doet dit niet. Soms maakt de brandweer bezwaar tegen plaatsing van vloeibare zuurstof of stelt hier voorwaarden aan. Dit kan het geval zijn bij plaatsing in een flat of verzorgingshuis.

Informeer ook uw brandverzekering. De verzekeraar wil op de hoogte zijn van een verhoogd risico. Doorgaans wordt de melding van 'zuurstof in huis' voor kennisgeving aangenomen zonder gevolgen voor de premie die u betaalt.

Volg verder de veiligheidsmaatregelen op die uw zuurstofleverancier aangeeft voor uw situatie.

Een zuurstofbehandeling in Nederland wordt altijd vergoed door de zorgverzekeraar.

In Nederland kan zonder problemen zuurstof geleverd worden op ieder willekeurig adres. Overleg twee tot vier weken van tevoren met de leverancier en het komt voor elkaar. Ook in het buitenland is zuurstof leverbaar.

Als u met het vliegtuig reist, moet u tijdens de vlucht meestal ook zuurstof blijven gebruiken. Vraag geruime tijd van tevoren bij de vliegmaatschappij of dit toegestaan is. Informeer bij uw reisbureau of ze dit voor u kunnen regelen. Het is verstandig ruim vóór uw reis te beginnen met aanvragen. De kosten betaalt u zelf.

Voor zuurstof op uw vakantieadres kunt u het beste eerst contact opnemen met uw zuurstofleverancier. Deze kan het voor u regelen als uw zorgverzekeraar hierover afspraken heeft gemaakt met de zuurstofleverancier. Dit geldt voor een deel van de zorgverzekeraars. Heeft uw verzekeraar deze afspraken niet gemaakt, dan zal de zuurstofleverancier u verwijzen naar uw zorgverzekeraar. Vraag daar dan naar wat ze voor u kunnen regelen.

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Longgeneeskunde 088 624 24 56 (bereikbaar op maandag t/m vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Longgeneeskunde 088 624 96 38 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Heeft u technische vragen of problemen, raadpleeg dan eerst de gebruiksaanwijzing of neem contact op met de leverancier.

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak. 

Voor het schrijven van deze informatie heeft Isala gebruik gemaakt van voorlichtingsmateriaal van het Longfonds.  

Deze website plaatst enkel functionele en analytische cookies. Dit doen we om onze site gebruiksvriendelijker te maken. In deze cookies worden geen persoonsgegevens opgeslagen. U blijft dus anoniem. Als u verder surft accepteert u onze cookies.